“Ik hoop dat ik mijn kinderen over dertig jaar kan zeggen: ik héb echt wat gedaan.”
Evelien is een van de mensen die investeerde in de Lenteland coöperatie. Wij vroegen haar waarom ze meedoet.
Haar interesse in voedselproductie en duurzaamheid gaat al even terug. Via haar voormalig werk als freelancer, LinkedIn, vrienden en collega’s kwam Evelien in aanraking met andere vormen van landbouw, gezond voedsel, aandacht voor biodiversiteit en de manier waarop we met dieren omgaan.
Soms breekt mijn hart
Laatst reed ze door Brabant, vertelt ze, langs uitgestrekte akkerbouwvelden. “Als je ziet hoe weinig insecten daar rondvliegen, hoe weinig vogels, en hoeveel megastallen dan breekt mijn hart. Er zijn gelukkig ook plekken waar het wél bloeit en groeit. Maar ik verbaas me erover hoe makkelijk we manieren van landbouw accepteren waarmee we al het leven wegnemen uit een gebied. Dat we voedsel eten met gif erop. En dat we, ook ik weleens, vaak tijdens ons drukke dagelijkse leven onze kop in het zand steken. Onbewust misschien, ik neem dat niemand kwalijk. Maar ik vind het wel zorgwekkend waar het naartoe gaat en daarin voel ik me soms ook best alleen, want ondertussen draait de wereld gewoon door.”
Het kan anders
“Ik vind het prettig om het werk van Lenteland te volgen en betrokken te zijn bij initiatieven die laten zien dat het anders kan. Dat geeft hoop. Ze laten zien dat je een plek weer kunt laten groeien en bloeien, als je andere keuzes maakt. Ik probeer dat ook mee te geven in de opvoeding van mijn kinderen, die nog heel jong zijn. In mijn eigen tuin bijvoorbeeld, zijn we bezig met het planten van voedselstruiken, zorgen we dat er veel biologische bloemen komen om bijen en vlinders aan te trekken, regelen we een huis voor egels en bekijken we lieveheersbeestjes, en ik let op wat we consumeren. Kleine stappen, maar je doet wat je kan op allerlei vlakken. Dat helpt mij dan ook weer persoonlijk.”


